In zijn interdisciplinaire praktijk verkent Stef Rijs (1985) continu de grenzen van de werkelijkheid binnen de artistieke identiteit. Vrij bewegend in de schemerzone van verschillende oeuvres, onderzoekt hij de elementen waaruit een artistiek 'merk' bestaat, waarbij hij op ambivalente wijze het stereotype van het artistieke genie ontrafelt. Veel werken komen voort uit spontane, ad hoc beslissingen of geïmproviseerde oplossingen; bemonstering, kopiëren, recycling. Door middel van een verscheidenheid aan stijlen en mediums is het centrale thema altijd 'de moeite waard'. Zo wordt een klaproos keer op keer in autolak gespoten, waarmee Stef Rijs’ fascinatie voor dit veelbezochte symbool van moderne kunst dat uit het zicht bloeit, in het niemandsland tussen snelwegen tot uiting komt. De klaproos valt op als een subtiele herinnering aan de complexiteit en onzekerheden van onze tijd.
Terwijl hij het begrip authenticiteit in twijfel trekt, maakt hij vrijelijk gebruik van allerlei culturele ‘restanten’, in de voetsporen tredend van een circulaire kunstgeschiedenis die sterk aansluit bij het postmodernisme. Zo worden de contouren van een ‘meesterwerk’ het kader van een nieuw werk. Terwijl hij verschillende elementen uit het culturele geheugen vermengt, bouwt hij zijn eigen artistieke identiteit op door een verzameling artistieke stemmen uit heden en verleden te bundelen in het lijk van een gedurfde, visuele taal.
Het meest in het oog springend in deze beeldtaal is het gebruik van lagen. Hoewel de composities uiteindelijk beoordeeld worden door het scherpe oog van de schilder, verraadt de vermenging van lagen Stefs interesse in digitale technologie en onduidelijke auteursrechten. Veel meer weerspiegelt zijn beeldend werk de undergroundcultuur en zijn eigen elektronische muziek, waarin elk geluid te horen is in het ritme van het uiteindelijke arrangement. Veel werken hebben een open einde en vloeien over in oneindige reeksen. Dit kan conceptueel zijn door de herhaling van een symbool in verschillende media, of fysiek door de lijst van een schilderij in het artistieke werk op te nemen. Uiteindelijk vormen de lagen samen een ritmische sfeer, waarbij elementen van historische kunstwerken opnieuw in een nieuwe context worden geplaatst in speelse nieuwe composities.